Een vooruitblik van Daikin op koelmiddelalternatieven in Europa
Gericht op toepassingen, betaalbaarheid, veiligheid en toekomstbestendigheid
De herziene F-gasregelgeving (EU) 2024/573, die in maart 2024 in heel Europa van kracht werd, is gericht op een verdere vermindering van hfk's in Europa. Op Chillventa 2024, de internationale vakbeurs voor verwarming, ventilatie, airconditioning en koeling (HVAC-R) deelde Daikin Europe N.V., een toonaangevende fabrikant van HVAC-R-apparatuur, zijn visie op de uitfasering van hfk's en sprak het bedrijf zijn ondersteuning uit voor de broodnodige decarbonisatie van de bouwsector.
De herziene F-gasregelgeving
De herziene F-gasregelgeving voor 2024 versnelt de vermindering van nieuw geproduceerde hfk's door middel van een strenger afbouwplan. Het doel is om over te stappen op koelmiddelproducten met een lager aardopwarmingsvermogen, de koelmiddelvulling te verkleinen en meer gerecycleerd of hergebruikt koelmiddel te gebruiken.
Daarnaast komen er limieten qua aardopwarmingsvermogen voor koelmiddel in HVAC-R-producten. Systemen waarvan het koelmiddel een aardopwarmingsvermogen heeft gelijk aan of hoger dan de grenswaarde, mogen vanaf een bepaalde afsluitdatum, die varieert afhankelijk van het type systeem, niet meer op de markt worden gebracht. Producten die al voor de afsluitdatum op de EU-markt zijn gebracht, mogen nog gedurende hun hele levensduur verkocht, geïnstalleerd, gebruikt en onderhouden worden. Met deze aanpak worden nieuwe koelmiddelproducten geleidelijk geïntroduceerd.
Een doordachte koelmiddelkeuze per toepassing
In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, houdt de nieuwe F-gasregelgeving geen onmiddellijk verbod in op gefluoreerd koelmiddel. In toepassingen in gebouwen voldoen bepaalde gefluoreerde koelmiddelproducten nog steeds aan een groot aantal veiligheids- en prestatievereisten.
“Om de broodnodige decarbonisatie in de bouwsector te bevorderen, hebben we flexibiliteit nodig bij de keuze van koelmiddel. Er is geen pasklare oplossing, omdat verschillende toepassingen verschillende uitdagingen met zich meebrengen", benadrukt Bernard Dehertogh, Deputy General Manager DX bij Daikin Europe N.V.
De strategie van Daikin bestaat erin het juiste koelmiddel te selecteren voor elke toepassing, waarbij vier belangrijke factoren worden afgewogen: veiligheid, energierendement, milieu-impact en kosten over de volledige levenscyclus van een product.
Het koelmiddelassortiment voor de toekomst vastleggen
De weg die voor ons ligt, zal er een zijn van vele kleine stapjes, waarbij we de verschillende eigenschappen van koelmiddelproducten moeten afwegen tegen het afbouwschema.
- R32 (GWP 675 - A2L) blijft de komende jaren voor veel toepassingen het gebalanceerde koelmiddel, waarmee warmtepompen op een kostenefficiënte manier verder kunnen worden geïmplementeerd.
- R290 propaan (aardopwarmingsvermogen 0,02 - A3) biedt een energiezuinige, oplossing met ultralaag aardopwarmingsvermogen voor specifieke toepassingen waar veiligheidseisen en installatieruimte het toelaten. Het is duurder dan R32 door de strengere veiligheidseisen en de eigenschappen van het koelmiddel, wat de units groter maakt.
- R454C (GWP 145,5 - A2L) is een sterk alternatief met een lager aardopwarmingsvermogen dan R32 en bruikbaar in verschillende toepassingen waar propaan geen optie is. Dit koelmiddel kan betaalbare, efficiënte en veilige warmtepompen op een bredere markt brengen.
- Ten slotte is R744 CO2 (GWP 1 - A1), een koelmiddel met een ultralaag aardopwarmingsvermogen dat al in veel koelsystemen wordt gebruikt, een veelbelovende langetermijnoptie voor middelgrote en grote commerciële systemen. Een oplossing die de volledige aandacht verdient van alle belanghebbenden in de HVAC-markt: fabrikanten van componenten en HVAC en hun technische installatiepartners - met als doel de lancering van de volgende generatie systemen met directe expansie.
Klaar voor de toekomst
“Daikin zet zijn onderzoek en ontwikkeling naar alternatieve koelmiddelproducten voort om de toepassing van warmtepompen in alle systemen en toepassingen te versnellen. We moedigen de hele sector aan om deze weg te volgen. In de toekomst zijn er misschien zelfs oplossingen die nog niet algemeen bekend zijn,” zegt Bernard Dehertogh. “Als fabrikant nemen we onze verantwoordelijkheid en zorgen we voor de opleidingen die nodig zijn om deze nieuwe technologieën toe te passen.”
“Tegelijkertijd mogen we niet vergeten dat de huidige warmtepompoplossingen, zoals die op basis van R32, de CO2-uitstoot al aanzienlijk hebben verminderd in vergelijking met verwarming met fossiele brandstoffen. Daarom moeten we deze oplossingen blijven gebruiken om op korte termijn over te schakelen op schone verwarming op basis van hernieuwbare energie”, voegt Dehertogh toe.
Alle units die op de markt worden gebracht voor hun respectieve afsluitdatum, gespecificeerd in de herziene F-gasregelgeving, mogen gedurende hun hele levenscyclus verkocht, gebruikt, onderhouden en hersteld worden.